De klopper van het geluk
(Il battente della felicità)
Valeria Di Felice
Vertaling uit het Italiaans: Ineke Holzhaus en Patrizia Filia
Drieëndertig gedichten verdeeld in drie secties, vertelt over de liefde tussen een ‘ik’ en een ‘jij’, waarbij de ‘ik’ probeert niet alleen de ‘jij’ te ontdekken en wat hen verbindt, maar ook zichzelf.
2
Devo farlo ora – mi dico –
scegliere la fonte del sorriso
la perla cullata nella bocca
della gioia.
Devo darlo – ora – un bacio al tuo bacio,
la piuma scarlatta scivolata
sulla levità del mondo,
il guanto bianco accovacciato
sulle rive dell’altro.
2
Nu moet ik het doen – zeg ik tegen mezelf –
de bron uitkiezen van de glimlach
de parel gewiegd in de mond
van de vreugde.
Ik moet – nu – een kus geven aan jouw kus,
scharlaken veertje gegleden
over de lichtheid van de wereld,
de witte handschoen neergedrukt
op de oevers van de ander.
5
Averti qui, nei sogni liquidi
delle notti insonni, negli aprili inaspettati
di un mattino che si azzurra di luce.
Dentro alfabeti stranieri
e arcobaleni di seta,
nelle rotonde convesse
di un cuore che fa tacere i silenzi.
Averti qui è avvicinarsi
al miracolo dell’essere altrove,
la bocca dorata di una poesia
rinata oltre il rito del sole.
5
Je hier houden, in vloeibare dromen
van slapeloze nachten, in een onverwacht april
van een ochtend die zich blauw maakt van licht.
In een onbekend alfabet
en regenbogen van zijde,
in de gewelfde rondingen
van een hart dat de stilte doet zwijgen.
Je hier houden is dichterbij
het wonder komen ergens anders te zijn,
de gouden mond van een gedicht
herboren buiten de rite van de zon.