Latent
Dat ik niet mee mocht eten droomde ik geen boze gezichten
de tafel was niet voor mij gedekt ook leek het dat ik uitgelachen
werd niet per se gemeen eerder een soort onderonsje.
Jullie zagen mij wijzen naar de lege plek maar niemand wilde
een extra bord pakken het kijken was niet direct onvriendelijk er
was ook een kind of iets vleeskleurigs iets peuterigs en kwetsbaars
om te aaien. Hoewel ik het graag wilde klom het niet op mijn schoot
een klein lijf in verwassen maisgeel katoen met kippenvel
en witte haartjes. Ik zou het willen toedekken met een geborduurd
lakentje en wollen dekentje er voor zorgen zodat ik weer warm werd.
Het verhitten van een blik knakworsten op jouw gaspit gaf iets omhanden
het scheelde weer een pan de kou trok uit mijn lijf. Wel eerst het deksel
open trekken en het etiket verwijderen maalde het door mijn hoofd
ik zag de vleesbom al hangen en prikte zachtjes in de botloze
blote beentjes. Het eten is bijna klaar riep ik te luid iets met babyvet
en lange vingers of tenen het was niet waar van dat babyvet
het waren de ogen in het vleesnat. Het ontvellen het snijden van
de worsten in kootjes het schikken van de porties op kleurige papieren
borden bleek onnodig gouden schaaltjes met wit vlees en lettervermicelli
stonden al klaar op tafel en ik telde weer een kommetje te weinig.
Ook het kleine wezen schoof niet aan maar dat was niet mijn schuld.
Martine van der Reijden